15 flämische Lieder der Renaissance

Anonymus: Een meysken eens voerbij passeerde. STTB
Ic truere ende ic ben van mynen. STB
Mijn boel heet mij cleker bille. SATB
Wij comen hier ghelopen. SATB
B. Appenzeller: Mijns liefkens bruin oghen. SATTB -
J. Baston: Lecker beetgen en cleyn bier. SATB
J. Belle: O amoureusich mondeken root. SATB
J. Clemens non Papa: De lustelijcke mey. SATB
N. Faignient: O Hemelsche Vater. SATB
J. Florius: O amoureusich mondeken root. SAT - Int groen, int groene. SAT
J.de Latre: Al hadden wij vijvenveertich bedden. SATB
C. Souliaert: Een costerken op sijn clocken clanc. SATB
J. Verdonck: Alle mijn ghepeys doet mij so wee. ST
Schoon lief wat macht u baten. SA